Hoofdtekst
10 Als ze een oud wijfke zagen met een lange ‘kiel’ (= kleed) dan zeiden ze: "Pas op voor die, dat is een heks!" [lacht]I Dat was niet waar dan?10 De ‘läöi’ zeiden dat zo, hé.Y On croyait plus fort à tout ça… (= onverstaanbaar)
Beschrijving
Als men een oud vrouwtje met een lang kleed zag, dan geloofde men vaak dat het een heks was.
Bron
H. Schoefs, Leuven, 1996
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (groot-riemst)
10B 241
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Zichen-Zussen-Bolder