Hoofdtekst
Mijn gedachte is dat een luchtverschijnsel of zogezegd een wind. Want hetgene dat ik gezien heb, heb ik gezien. Als ik dat gezien heb was ik met mijn neef; terwijl we aan het wandelen waren, werd hij opgenomen als een windkolonne, aan de overzijde van de straat gezet; dat heb ik met mijn eigen ogen gezien. De varende vrouwe, dat is een windekolonne die draait op haar eigen as; zij verzet alles wat op haar weg komt; dat is juist hetzelfde als een draaikolk, maar dat is water en het ander is wind.
Beschrijving
Een man die samen met zijn neef aan het wandelen was, zag de varende vrouw verschijnen. De neef werd door de windvlaag opgetild en aan de overkant van de straat weer op de grond gezet.
Bron
G. Speecke, Leuven, 1959
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (menen en omstreken)
51
memoraat
Naam Locatie in Tekst
Heule