Hoofdtekst
En Net die was ziek en da mens had veul werk. ’s Avonds laat gink ze in ’t deurgat staan en ze hoort do singe. En ze dacht: da zijn die vanne Snep zeker die verom no huis gaan. Want die ginge altij no de botermarkt. Ma da gezang kwam altij ma dichterbij en ze zag niks en da kwam over heure kop.
Beschrijving
N. hoorde op een avond buiten gezang, hoewel er niets te zien was.
Bron
M. Vankerkhoven, Leuven, 1964
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
antwerps (grensgebied kempen-hageland)
124
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Vorst