Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

FBECK0329_0331_406 - De H. Maagd beschermt haar heiligdom en straft de oneerbiedigen

Een sage (mondeling), 1947

Hoofdtekst

Op de Hulstberg stond vroeger een kluis en daar woonde een kluizenaar, Monfreer heetten de mensen hem. Die had daar een kapelleke en daar stond een Lievevrouw, de Zwarte Lievevrouw, dat is een schoon beeld dat nu nog veel vereerd wordt. Die kapel stond daar boven op die berg, schoon tussen het groen. Maar dat goed was van rijke mensen en die vrouw daar wilde een kasteel hebben. Dat moest daar boven op de berg staan en de kapel moest maar afgebroken worden. Ze wou een andere kapel bouwen onder aan de berg aan de achterkant, maar daar is bijkans altijd slechte weg voor de mensen die daar willen gaan bidden. En toen de nieuwe kapel gereed was, wou daar niemand van het werkvolk het beeld daarheen dragen, dat bracht ongeluk. Op het laatste was daar een schrijnwerker en die droeg het beeld weg en de Monfreer zei nog: 'Dat zal geen geluk brengen, en die het doen doen hebben, zullen het ook ondervinden.' En toen het kasteel af was, hebben die mensen daar niet lang gewoond, dat huishouden was een hel en de vrouw hield 'haar' met andere mannen op en ze liet haar man zitten. Later heeft ze gezien dat ze slecht gedaan had en toen is ze naar Lourdes getrokken om daar de zieken op te passen. En de man, die was notaris, die is ook niet op het kasteel gebleven. Hij ging bij andere mensen wonen en toen heeft het lang leeg gestaan, wel vijftig jaar lang. Dat weet ik nog, toen we klein waren, gingen we daar altijd spelen. De zoon is daar terug gaan wonen, maar die heeft er ook geen geluk gehad. Die had een verschrikkelijke ziekte en die is jong gestorven. En die schrijnwerker, dat vergeet ik nooit van mijn leven niet, een jaar of vijf daarna was ik aan 't spelen en zijn zoon was van mijne ouderdom en die kwam afgelopen: 'Kom mee, we gaan kijken, onze pa is doodgevallen' zei die. Hij was nog klein. Dat was de straf, de man was juist doodgevallen op een brug en hij was in 't water gevallen. Die familie heeft ook geen geluk gekend, daar is een vloek op en die hebben nog altijd van alles aan de hand, maar ge moogt hun naam niet noemen.

Onderwerp

SINSAG 0186 - Begegnung mit Gewitterdämon    SINSAG 0186 - Begegnung mit Gewitterdämon   

Beschrijving

Vroeger woonde op de Hulstberg een kluizenaar met de naam Monfreer. Dicht bij Monfreers huis stond een kapelletje met een beeld van de Zwarte Lievevrouw. De grond waarop de kapel stond, was eigendom van een rijke dame. Omdat de dame op die mooie zonnige plaats een kasteel wilde laten bouwen, gaf ze opdracht om aan de andere kant van de heuvel een nieuwe kapel te bouwen. Toen de nieuwe kapel voltooid was, durfde echter niemand het Mariabeeld van de oude plaats weg te halen. Uiteindelijk vond men toch een schrijnwerker die bereid was om het beeld te verplaatsen. De bewoners van het nieuwe kasteel hebben veel ongeluk gehad. Uiteindelijk hebben alle bewoners het kasteel verlaten, waardoor het gebouw vijftig jaar heeft leeg gestaan. Toen de rijke dame inzag dat ze fouten had begaan, is ze naar Lourdes getrokken om daar voor de zieken te zorgen. Na enige tijd is de zoon van de vroegere kasteelbewoners in het kasteel komen wonen. Die man is echter zeer jong gestorven aan een vreselijke ziekte. De schrijnwerker die het beeld had verplaatst, is dood neergevallen op een brug.

Bron

F. Beckers, Leuven, 1947

Commentaar

5. Sagen - Legenden
zuid-limburgs
fabulaat
De Hulstberg is een heuvel in Borgloon.

Naam Overig in Tekst

Monfreer    Monfreer   

Zwarte Lieve Vrouw van Borgloon    Zwarte Lieve Vrouw van Borgloon   

Naam Locatie in Tekst

Borgloon    Borgloon   

Plaats van Handelen

Lourdes    Lourdes   

Borgloon    Borgloon   

Hulstberg    Hulstberg