Hoofdtekst
Als nonkel Gusten verhuisd is, ’t was daar een kleen huzige (huisje), de stove was aan ’t branden en dat was ook zulk een vrouwmens, z’hadde binnegekommen en ze zei: “Oei, oei, oei, ’t is koud”, en z’hadde neur handen deran geleid en die stove heeft nooit meer gebron (gebrand).
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
In een huis waar de kachel brandde, kwam een vrouw haar handen warmen met de woorden: "Oei, oei, het is koud!" Na die dag heeft de kachel nooit meer gebrand.
Bron
A.-M. Devynck, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
west-vlaams (franse grens)
272
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Beveren