FVANH0305_0305_18181

Bouckaert van Waregem was ‘ne keer naar de messe gegaan en zijn maarte was thuis gebleven en ze zat ‘ne keer in de boeken te kijken. En alzo zegt Bouckaert: "’t Dinkt me dat er ’t onzens iets ommegaat, ‘k ondervinde dat". En hoe meer dat de maarte in de boeken las, hoe meer duivels dat er kwamen rond ’t huis.En Bouckaert kwam thuis en hij zag de duivels en hij pakte vijftig kiloon (kilo’s) rijst en goot ze in de mijte. En ze moesten al diene rijst were op rapen. En als ze dat allemale opgeraapt hadden, kwamen ze were. "’k Ga wat anders doen", zeid’ie, "’k ga zoetemelk in kernemelk gieten, ’t gaat nu wel gedaan zijn." En hij goot zoetemelk in kernemelk en ze kosten niet meer doen, en ze moesten voortgaan.

SINSAG 0751 - Der Zauberlehrling.    SINSAG 0751 - Der Zauberlehrling.   

Een man uit Waregem was naar de hoogmis. Ondertussen las de meid stiekem in de toverboeken van de man, waardoor er allemaal duivels rond het huis verschenen. Toen de man thuiskwam en zag wat er aan de hand was, goot hij vijftig kilo rijst in de houtmijt en gaf de duivels de opdracht om alle korrels op te rapen. Zodra dat was gebeurd, goot de man karnemelk bij zoete melk. Omdat de duivels die twee melksoorten niet konden scheiden, gingen ze weg.

F. Van Houdenhove, Leuven, 1967

2.3 Toverboeken

west-vlaams (tussen schelde en leie)

481

fabulaat

Tiegem    Tiegem   

Waregem    Waregem