Hoofdtekst
Overtijd, ze mosten water gaan halen met een karteel in de droge jaren, en dien boer hadde ook dien boek mee, en hij las derin en hij verstoeg het niet, en al de beesten kwamen uit den pit en hij was verschrikt. ’t Maakt, hij heeft lichte dien boek doen halen van de paster en hij was verlost dervan.
Beschrijving
Een man die tijdens een droge periode water moest gaan halen, begon in een toverboek te lezen. Even later kwamen er allemaal vreemde beesten uit de waterput. Nadat de man het boek van de pastoor had laten halen, was hij verlost van de beesten.
Bron
A.-M. Devynck, Leuven, 1965
Commentaar
2.3 Toverboeken
west-vlaams (franse grens)
419
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Bambeke