Hoofdtekst
28 En dat wijfke van Vlijtingen wat ging lappen in Hees, bracht een hond ‘jòuet’ tot aan de Heilige Haag. Dat was tussen Vlijtingen (en Hees). Is het waar geweest, is het niet waar geweest?31 [lacht] Je was ook niet erbij, zeg.28 En dat wijfke had daar niet bang voor.29 Dat wijfke wist misschien niet dat dat een heks was, hé. Die hond kwam met haar op.28 De Heilige Haag staat nog. Enfin, die is wel weggegaan met de ruilverkaveling, maar nu staat daar een nieuwe boom geplant.Z Oh, toch ja.31 Waar stond die?28 Tussen Vlijtingen en Hees, de Heilige Haag.31 In het één dorp wordt het zo verteld, en daar wordt het zo verteld.29 D’r stond ook een schoon linde(-boom) tussen Vlijtingen en Lafelt.
Onderwerp
SINSAG 0805 - Werwolf in Hundesgestalt als Begleiter (verrädt sich am folgenden Tag).   
Beschrijving
Een vrouwtje dat in Hees ging naaien, werd tot aan de Heilige Haag gevolgd door een hond.
Bron
H. Schoefs, Leuven, 1996
Commentaar
1.6 Weerwolven
limburgs (groot-riemst)
28B''' 442
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Heilige Haag (Hees)   
Naam Locatie in Tekst
Vlijtingen   
Plaats van Handelen
Hees   
Heilige Haag (Hees)