Hoofdtekst
Ene kennis van mich vroeger, werd eens verloren geleid. Hij was ereges heen gegaan en weiter (= toen hij) terugkwam, waster zijn baan kwijt ineens! Mè vroeger droegen de mans (= mannen) nog ene blauwe kiel zo, en zje moes(t) die uittrekken as zje verloren waart, en hem omdraaien en hem binnenste buiten terug aandoen. Ja, en toen waster dan terug op zijn plak.
Beschrijving
Een man die een blauwe mantel droeg, raakte verdwaald. Nadat de man zijn mantel had uitgetrokken en die binnenstebuiten aandeed, kon hij de weg weer vinden.
Bron
M. Dreezen, Leuven, 1967
Commentaar
1.5 Plaaggeesten
limburgs (tongeren en omstreken)
279
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Henis