Hoofdtekst
Te Pietjes op de hoogte was er ne kelder. In die kelder was er ne koffer met een grote beeste erop en niemand durfde daaraan komen.’s Nachts kwamen er voituren gereden en ’t waren de ridderheren. Ze waren al in ’t goud en in ’t zilver gekleed en op klokslag twaalve verdwenen ze in een wal.
Onderwerp
SINSAG 0450 - Andere Tote spuken.   
Beschrijving
In een kelder stond een koffer waarop een groot beest zat. Niemand durfde in de buurt van die koffer te komen. 's Nachts kwamen de ridderheren (Tempeliers) in koetsen aangereden. Ze waren in goud en zilver gekleed en ze verdwenen om klokslag twaalf uur in een wal.
Bron
M. Sagaert, Leuven, 1955
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (zuiden)
68
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Tempeliers   
Naam Locatie in Tekst
Bellegem