Hoofdtekst
Mijn broer Bèr die kon gene haas schieten. Die schoot altijd maar mis. Mijn vader zei: "Ik zal wel loeren en als ze aan de kool zitten zal ik het wel zeggen." Om twaalf uur zag ze twee hazen aan de kool zitten. Mijn broer die maakte zijn geweer gereed; dat moest ge toen doen met ne stemper. Hij deed er poeder en gewijd zout in en daarop nog een palmtakske."Gaat nu eens uit de baan" zei hij en hij stak zijn geweer door het venster en hij had ze allebei. Maar het waren twee wijven en een schreeuwde de berg af en een ander op Genk af.
Onderwerp
SINSAG 0640 - Hexentier verwundet: Frau zeigt am folgenden Tag Malzeichen.
  
SINSAG 0594 - Verwandlung von Hexentier in Frau erspäht.
  
Beschrijving
Een vrouw die om middernacht twee hazen bij de kolen zag zitten, verwittigde haar zoon. De jongen stopte poeder en gewijd zout in het geweer en stak een palmtakje op de loop. Toen de jongen de twee hazen had geraakt, verschenen er twee vrouwen die schreeuwend wegliepen.
Bron
A. Princen, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (tussen hasselt en beringen)
429
Ouders van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Zonhoven