Hoofdtekst
Burgrave was een echte slunsekul (man in lompen gekleed) maar een fijne dokteur. Heel zijn huis, binnen, buiten en er rond, ’t waren al eierschalen. ’t Was de grootste vuilaard uit. Hij heeft vermoord geweest in zijn huis op ’t onverwachts. Hij ging een keer gaan wandelen en de gendarmen stonden daar en z’ hielden hem tegen. Zegt hij tegen die gendarmes: "Is dat alzo? Ik moet naar een zieken, blijf hier een beetje staan tot dat ik weer ben, je gaat dan weten wat dat is van hier te blijven staan”! Als hij were keerde zei hij dat ze mochten voortgaan en ze kosten weg. J’heeft vermoord geweest door een die binnen was, anders ’t koste daar niemand binnen als hij niet wilde. Vader heeft dat altijd verteld.
Beschrijving
In West-Vlaanderen woonde een dokter die altijd slordig gekleed was en die zijn huis niet kon schoon houden. Toen de dokter op een dag op pad was, werd hij tegengehouden door de politie. "Wacht hier even tot ik terug ben, want ik moet naar een zieke", sprak de dokter tot de agenten. De agenten waren aan de grond vastgetoverd en konden pas weer bewegen toen de dokter terugkwam.
Op zekere dag werd de dokter vermoord in zijn eigen huis. De dader moet iemand zijn geweest die bij hem op bezoek was, want in het huis kwam men alleen binnen met toestemming van de dokter.
Op zekere dag werd de dokter vermoord in zijn eigen huis. De dader moet iemand zijn geweest die bij hem op bezoek was, want in het huis kwam men alleen binnen met toestemming van de dokter.
Bron
K. Erard, Leuven, 1966
Commentaar
2.2 Tovenaars
west-vlaams (ieper)
11
Vader van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Reningelst   
Plaats van Handelen
West-Vlaanderen