Hoofdtekst
Van den Duitse schapre he’k ook nog gehoord. En de die koesten ook allemale watte. D’er was nen Duitse schapre en hij wachtige zijn schapen achter de vaart. Zo d’er passeerdige daar nen schippere, en boven op zijn schip, een groot scheep ook hé, … en al mee ne keer de schippere gaat aan fluiten bij zijn fluite. En gelijk dat hij fluitige al de schapen gingen aan ’t dansen. En den Duitse schapre deed zijn kapote (soldatenmantel) af en hij plooidige ze schone toe en lei ze dare op de grond. En hij paktige zijn makke (schapersspade) en hij sloeg erop en ’t was alle keren op diene schippere zijne rugge. En hij had gauwe gedaan bij fluiten.
Onderwerp
SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   
Beschrijving
Een Duitse schaper was langs de vaart zijn schapen aan het hoeden, toen een schipper van een voorbijvarend schip op zijn fluitje floot. Daarop begonnen de schapen van de schaapherder te dansen. De Duitse schaper trok zijn mantel uit, legde die op de grond en begon erop te slaan. Iedere slag was een slag op de rug van de schipper, waardoor deze laatste snel ophield met fluiten!
Bron
O. Mattheeuws, Leuven, s.d.
Commentaar
2.2 Tovenaars
west-vlaams (grens oost- en zeeuws-vlaanderen)
392
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Duitse schaper   
Naam Locatie in Tekst
Beernem