Hoofdtekst
Twee honden vergezellen mannen.Ik hem mijn vader dat is horen zeggen. Och, jong! Ze gingen mee drij mannen deur Zandvliet. Twee groot honden, zo groot as zolle. En die honden gaan daar nevens: da wilt zeggen da ze meegingen langs iedere kant ene en genen ene dierf stampen. En den eerste: "Ik zijn thuis, hoor!" en die was blij dat ie er van af was. Den tweede: "Ik zijn thuis, hoor!" Nauw sting er den derde alleen veur. Maar as ie thuis kwaam, gingen ze weg.
Beschrijving
Drie mannen zagen in Zandvliet twee grote honden die de hele weg naast hen liepen. Toen twee van de mannen thuis waren, was de derde bang omdat hij nu in zijn eentje met de honden was opgezadeld. Bij zijn thuiskomst zag de man de honden weglopen.
Bron
M. Van den Berg, Leuven, 1955
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
antwerps (polders ten noorden van antwerpen)
62
Vader van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Zandvliet   
Plaats van Handelen
Zandvliet