HSCHO0144_0144_11124

I En wat ge daar zei van de ‘Ummeser Hùgskes’?4 O ja, dat is dan Lichtmis. Op Lichtmis dan kwamen de heel vrouwen (samen). ‘Mèm’ (= grootmoeder) vertelde dat: "Straks moet ik om twaalf uur naar de ‘Ummeser Hùgskes’ gaan." Dan is daar - ja, hoe heetten ze het ook weer? - de heksendans of zo. Enfin, het is op Lichtmis. Dan moesten ze in een kring gaan dansen … hier bij de ‘Ummeser Hùgskes’. En dan had je daar een hei boven(op). Weet je nog waar het is?I Nee.4 Als je hier nu opgaat dan heb je Haesen (= † Herman Haesen - Kellens, Visésteenweg 334) z’n kwekerij. Dan zie je daar een strook (hagen) - je ziet ze nu misschien niet meer omdat de mergel weg is. Daar staat een haag. Wij hadden daar nog een stukje land. En dat zijn de ‘Ummeser Hùgskes’. Zie, dan zit je in ‘Ummes’, in het ‘Ummese’ veld.I En hoe gingen ze daar naartoe, de heksen? Hoe zeiden ze (dat ze gingen): met een bezem of te voet?4 Nee, dan zeiden ze: "Straks gaan we door de lucht uit." Moeder is nooit gegaan, hé. Maar dat was door die hallucinaties van dat vergif of van dat vet waarmee ze zich insmeerden (dat) ze meenden dat ze door de lucht gingen. Maar ze gingen niet door de lucht. Maar ze dansten wel. En dat was hier altijd op Lichtmis.

Met Lichtmis hielden de heksen een bijeenkomst op de 'Ummeser Hugskes'. Er werd daar veel gedanst. Heksen namen vergif of smeerden zich in met vet, waardoor ze het gevoel hadden dat ze door de lucht vlogen. In werkelijkheid gingen ze te voet naar de bijeenkomsten.

H. Schoefs, Leuven, 1996

2.1 Heksen

limburgs (groot-riemst)

4N 144

fabulaat

Lichtmis    Lichtmis   

Ummeser Hugskes    Ummeser Hugskes   

Zichen-Zussen-Bolder    Zichen-Zussen-Bolder