Hoofdtekst
Treestje Velle had den name van een toveresse te zijn. Als ’t ging over de jongens gaan en d’rover asemen, gingen ze sterven. Marie Wilde ging rond met een koffertje en ’t wierd daar ook wat van verteld. D’r heeft zelfs nog een proces van geweest, omdat ze nie wilde dat z’haar zo ne name gaven.
Beschrijving
In Bovekerke woonde een vrouw over wie men vertelde dat ze een toveres was. Als die toveres met haar adem over de kinderen had gehangen, dan zouden de kinderen sterven. Een andere vrouw die leurde met een koffertje in de hand, werd ook verdacht van hekserij en legde klacht neer wegens laster.
Bron
W. Van Houcke, Leuven, 1970
Commentaar
2.1 Heksen
west-vlaams (houtland)
341
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Bovekerke   
Plaats van Handelen
Bovekerke