FBECK0343_0343_417 - De Bokkerijders rijden door de lucht

De bokkerijders van Wellen dat waren schelmen en bandieten die met het kwaad omgingen, want ze vereerden een bok en daarom heetten ze de bokkerijders. Die gingen stelen en dan zetten ze 'hen' op een ton en dan wensten ze hen: 'over heggen en hagen tot Heers in de wijnkelder.' Maar dat had eens ene gehoord en dieging ook op de ton zitten toen ze weg waren, en hij zei: 'Door heggen en hagen tot Heers in de wijnkelder' en de sukkelaar kwam daar heel vol bloed aan, want hij was overal door gevlogen en toen kreeg hij nog een pak slagen van die schelmen. En als zij te paard uitreden, dan waren die 't achterste voor beslagen, dan wisten de mensen nooit waar ze eigenlijk heengereden waren. Toen ze daarachter gekomen waren, hebben ze ze opgepakt en ze hebben ze allemaal verbrand in de Bonderkuil te Wellen.

SINSAG 1291 - Verkehrt beschlagene Pferde (Hufeisen verkehrt untergebunden).    SINSAG 1291 - Verkehrt beschlagene Pferde (Hufeisen verkehrt untergebunden).   

SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.    SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.   

SINSAG 0511 - Über Weg und Steg    SINSAG 0511 - Über Weg und Steg   

De bokkenrijders uit Wellen waren rovers die met het kwaad omgingen en die een bok vereerden, vandaar hun naam. De bokkenrijders gingen op een ton zitten en zeiden dan: "Over heggen en hagen tot in de wijnkelder van Heers." Op een dag had een man de bokkenrijders bespied. Toen ze weg waren, zei de man: "Door heggen en hagen tot in de wijnkelder van Heers." De man kwam helemaal bebloed in Heers aan.
Wanneer de bokkenrijders ergens naartoe gingen, dan reden ze op paarden die achterstevoren waren beslagen, zodat de mensen niet wisten in welke richting ze waren gereden.
Uiteindelijk heeft men de bokkenrijders allemaal verbrand in de Bonderkuil in Wellen.

F. Beckers, Leuven, 1947

4. Historische sagen

zuid-limburgs

fabulaat

Bonderkuil (Wellen)    Bonderkuil (Wellen)   

Hoepertingen    Hoepertingen   

Wellen    Wellen   

Heers    Heers