Hoofdtekst
’t Wos e boerewerkman die van zijn werk kaam. Dat wos in de Klerken Smissestrate. En van otten up die strate kaam, weg van dat hof, kaam er dor e meischge en dat meisschge ging oltijd mee met hem. Enne vroeg hij an dat meischge: "Zij je verdoold?" of "Wor gaaj nortoe?" mor dat meischge sprak nooit. En otten an ’t ende de strate kaam, dat meischge wos weg enne wiste niet nor wor.
Onderwerp
SINSAG 0310D   
Beschrijving
Een man die terugkwam van zijn werk, kwam in de Klerken Smissestraat altijd een meisje tegen, dat een eindje met hem meeliep. "Ben je verdwaald?" vroeg de man aan het meisje, maar er kwam geen antwoord. Toen de man aan het einde van de straat kwam, was het meisje verdwenen.
Bron
S. Top, Leuven, 1964
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (vrijbos)
81H
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Woumen   
Plaats van Handelen
Klerken Smissestraat