Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

WVANH0246_0246_17474 - Macht der geestelijken: vastzitten.

Een sage (mondeling), 1970

Hoofdtekst

Paster Tras was ne goe vent. Hij ging naar de boeren die geld hadden en ging ton daarmee naar d’arme. We woonden wieder vroeger tegen de molen. Mijn vader was patatten aan ’t ophogen. Tras zegt tegen vader: "Ge moet nu nie meer werken, ge moet nu thuis zijn". "En gij, mijnheer paster", zei vader. Hij stond juiste gestopen op zijn houwe als hij dat zei en j’heeft daar alzo gestaan totdat de paster ging gaan slapen. En Tras stond ne zondag op de preekstoel en hij zei: "D’r zit een op de keerzenboom". Achter de messe passeert hij daar en den anderen was juiste tewege een keerze in zijnen mond te steken. Hij heeft daar alzo gestaan tot dat Tras hem liet voortgaan.

Onderwerp

SINSAG 0750 - Andere Zauberei.    SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   

SINSAG 0666 - Zauberer bannt an den Ort.    SINSAG 0666 - Zauberer bannt an den Ort.   

Beschrijving

Een pastoor deelde het geld van de rijke boeren uit aan de armen.
Een man die op het aardappelveld aan het werk was, kreeg bezoek van de pastoor, die zei: "Je hoeft nu niet meer te werken. Je moet nu thuis zijn". Daarop antwoordde de man: "En jij, meneer pastoor?" Daarop werd de man vastgetoverd aan de grond. Hij kon zich pas weer verplaatsten toen de pastoor ging slapen.
Op een zondag sprak de pastoor tijdens zijn preek: "Op dit ogenblik zit er iemand in mijn kerselaar mijn kersen te stelen". Na afloop van de mis zagen de mensen inderdaad een dief in de boom zitten, die een kers naar zijn mond wilde brengen, maar niet meer kon bewegen.

Bron

W. Van Houcke, Leuven, 1970

Commentaar

2.2 Tovenaars
west-vlaams (houtland)
589
Vader van de informant
fabulaat

Naam Locatie in Tekst

Bekegem    Bekegem