HSCHO0161_0162_11148

I En heel vroeger, gewoon hier in Bolder of zo?5 Oh, van hier?I Of van Zichen of zo; dat is hetzelfde. Waren er hier mensen van wie ze zeiden: "Dat zijn heksen" of "Dat is een heks", een oud vrouwke of zo?5 Dat hebben ze al gezegd, ja: "Die trekt op een heks." Dat hebben ze al gezegd: "Die trekt op een heks"… Ja, in de Meanstraat naast die van Beusen (= gezusters Beusen, De Meanstraat 14) boven op de boerderij - bij Niesje zeggen ze - daar hebt ge dan nog zo’n oude boerderij en daar wonen nu Hollanders in. En daar woonde vroeger zo’n oud vrouwke, Zwart Truike. Ik weet niet of je mama (= Martina Schoefs - Reggers, Bolderstraat 15) daar ooit iets van gehoord heeft? "Zwart Truike," zeiden ze. Ja, en die haar zoon, Louis, die lag altijd in het veld ook achter een stromijt, want die maakte gaten in de grond van het liggen. Daar hadden sommigen ook wel schrik voor. Die was bewassen met haren. Of die echt iets (kwaad) deed, dat weet ik niet. En dat oud vrouwke, daar hebben ze toch het een en het ander van verteld. Die geloofde ook in zo van alles. Enfin, de kinderen die hadden toch zo’n beetje schrik voor haar en ook voor die man in het veld. Die had misschien ook niks gedaan? Ik weet dat veel ouders zegden: "Nee, daar moogt ge niet gaan." En dat vrouwke, ja, die trok zo’n beetje op een heks. Dat was zo (= wat die droeg) een grote ‘plag’ (= omslagdoek), een schort en een heel lang, breed zwart kleed. De mensen waren zo niet gewassen. Maar meer kan ik daar niet van vertellen.

In een oude boerderij woonde een vrouwtje over wie men vertelde dat het een heks was. De vrouw droeg een grote omslagdoek, een schort en een lang breed zwart kleed. Ze was vaak niet gewassen. De zoon van het vrouwtje had veel haar op zijn lichaam.

H. Schoefs, Leuven, 1996

2.1 Heksen

limburgs (groot-riemst)

5C 161

fabulaat

Zichen-Zussen-Bolder    Zichen-Zussen-Bolder