Hoofdtekst
as me vôder joeng was, werkten hem op een hoeve in Liek (de nôburige gemeinte Oleye); hem kam mor iene kie per week thâs, de zoterdag; en zoe kam hem ene kie on het Lieven-Hiertje, een krôspunt van 6 weige; en dô kam iniens ene weerwolf neffes hem; en dee schurde teige z’n biene; mo hem duit hem niks; en het ging zoe mei tot ôn z’n hâs; en dan ging het weg; me vôder was de gezochte persoeun van de weerwolf ni geweest.
Beschrijving
Een man die op een hoeve in Oleye werkte, kwam elke zaterdag naar huis. Op een zaterdag kwam de man een weerwolf tegen bij de Onze-Lieve-Heer op het kruispunt van zes wegen. De weerwolf wreef de man tegen de benen en volgde hem tot hij thuis was. Daarna was het beest verdwenen.
Bron
A. Abeels, Leuven, 1965
Commentaar
1.6 Weerwolven
limburgs (sint-truiden)
616
Vader van de informant
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Onze-Lieve-Heer   
Naam Locatie in Tekst
Jeuk   
Plaats van Handelen
Oleye