Hoofdtekst
Geen boter. Vuilheid.De boerin zei altijd: "Hier zit een heks." Ze had altijd tegenslag in de stal. Als ze boterde kost ze geen boter krijgen. De pastoor kwam en die zei: "Haalt een emmer en kijkt erin." Ze zag haarzelve daarin. "Wel, dan zijde gij de heks." Ze was niet proper en ze kon niet werken, want "gij gaat altijd met de heks mee".
Beschrijving
Een boerin die ongeluk had in haar stal en nooit boter kon maken, schreef de problemen toe aan een heks. De pastoor kwam ter plaatse en zei: "Haal een emmer en kijk erin". De boerin deed het en zag enkel zichzelf. Daarop zei de geestelijke: "Wel, dan ben jij de heks". De boerin was niet proper en kon niet werken.
Bron
B. Van Grieken, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
antwerps (westerlo en omgeving)
433
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Oevel