Hoofdtekst
En weet je wat dat je overtijd veel hoorde; als ze moesten loten, we moesten loten als we 19 jaar waren né, dat ze gingen naar de waarzeggers. Om eruit gedaan te zijn. Ze gingen naar Ieper naar de waarzegger, de blinde Duthoi van Ieper. Dat was een blinde. Hij kon toveren. En er waren er, ja maar dat is lange jaren geleden wê, ’t is twintig jaar voor mijn tijd, dat er gingen. Er waren drie knechten, vier… een, twee, vier, vier zoons. En er was één die ging en zegt de, de blinde had gezeid: "Ge moet recht naar huis gaan! Nergens ingaan!" Zo ze hielden winkel in hun huis en zijn moeder ging de zaterdag achter boter naar Ieper en hij moest in ’t keldertje gaan achter die boter om naar huis te brengen né en hij was d’erin. En ze waren alle vier d’erin. Maar er zijn er veel gegaan, veel! Als je ’t hoorde.X: Ja, ja, om eruit geloot te zijn.
Beschrijving
Om ervoor te zorgen dat ze bij de loting voor het leger geluk zouden hebben, gingen veel jongens naar een blinde waarzegger in Ieper.
Zo had de waarzegger een keer tot een jongen gesproken: "Je moet recht naar huis gaan!" De jongen moest in de kelder echter nog boter gaan halen voor zijn moeder die een winkel had. De jongen trok een slecht lot en moest naar het leger.
Zo had de waarzegger een keer tot een jongen gesproken: "Je moet recht naar huis gaan!" De jongen moest in de kelder echter nog boter gaan halen voor zijn moeder die een winkel had. De jongen trok een slecht lot en moest naar het leger.
Bron
F. Ramon, Leuven, 1975
Commentaar
2.3 Toverboeken
west-vlaams (ieper)
6
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Duthoi   
Naam Locatie in Tekst
Beselare   
Plaats van Handelen
Ieper