Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

MDREE0490_0491_2958 - Kat wordt zijden juffrouw of weerwolf

Een sage (mondeling), 1967

Hoofdtekst

Doa kwam eens een kat gelijk ene man opgelopen. Die moes(t) ene lange weg te voet maken voor na(ar) 't fabriek te gaan. Ze kroop tussen zijn been (= benen) door, hij stampte maar he kon h'r nooit treffen. Toen aan de kruisbaan kon ze niemee voort, de man ging door en de kat was weg. Achttien dagen t'rna gingen de mans (= mannen) wee ze na(ar) 't fabriek en toen kwam de kat doa uit het bloot veld. Ze had een ander rich(t)lijn gekozen en deed niks as kièke (= schreeuwen). Ze ging weer zo tussen de mans door, en dat ruiste as of ze zij(de) op h'r had, zjus wei een juffrouw met e zije kleed. Opeens was ze weer weg. Op enen andere keer kwam ze weer uit aan Hognoel, toen was ze veranderd in weerwolf. Doa had ene zijn sjerep moeten uitdoen en ze noa hem op de grond gooien; dan koster (= kon hij) nie weg, want he moes(t) dat uitscheuren, de draadsjes allemaal één voor één uittrekken. Ijter (= eer hij) dat uitgescheurd had waren de mans weg. Mè dat waren minse wa slech(t) gedoop(t) waren, die moesten kwaad doen.

Onderwerp

SINSAG 0333 - Spuktier erschreckt Wanderer (und begleitet ihn).    SINSAG 0333 - Spuktier erschreckt Wanderer (und begleitet ihn).   

SINSAG 0823 - Das zerbissene Tuch.    SINSAG 0823 - Das zerbissene Tuch.   

SINSAG 0311 - Weisse Frau ist eine zurückgekehrte Tote.    SINSAG 0311 - Weisse Frau ist eine zurückgekehrte Tote.   

Beschrijving

Een man die te voet naar de fabriek wandelde, werd de hele tijd gevolgd door een kat die tussen zijn benen door liep. De man had al verschillende keren geprobeerd om het dier te stampen, maar het lukte hem niet de kat te treffen. Toen de man bij een kruispunt kwam, kon de kat niet meer verder. Achttien dagen later verscheen de kat weer. Deze keer schreeuwde de kat de hele tijd. Men hoorde ook een geruis alsof er een juffrouw met een zijden kleed stond. Op een andere dag kwam de kat in de gedaante van een weerwolf tevoorschijn in de buurt van Hognoel. Daarop trok een man zijn mantel uit en gooide die op de grond. De weerwolf kon dan immers niet verder vooraleer hij alle draden had uitgerafeld.
Mensen die slecht waren gedoopt, moesten dergelijk kwaad doen.

Bron

M. Dreezen, Leuven, 1967

Commentaar

1.4 Luchtgeesten
limburgs (tongeren en omstreken)
R27
fabulaat

Naam Locatie in Tekst

Rutten    Rutten   

Plaats van Handelen

Hognoel    Hognoel