Hoofdtekst
Van da toveren. Mijn moeder had een zustre. En die zustre had een kind. En da kind was nog maar geboren amper twee of drie maand. Da kind schreemdige (weende) dag en nacht. Ja … gaame (laten we) zeggen dat is toch meer of zestig jaar geleên… Bij zoverre dat er iemand zei dat ’t niet natuurlijk ware mee da kind. ’t Zat vol mee spellen en dat is een feit, die geschied is. En af en toe kwam er een vrouwmens mee siester (petroleum) op ’t hof om te vragen osse (of ze) gene siester moeste kopen. Zegt er iemand: "Ik zoe ne keer naar de paters gaan naar Brugge." En ze vertelt datte en zegt de patre: "’t Zal een vrouwe komen vragen oje gene siester moet hen. En ze pakt da kindje en op heuren arm." Zo ze komt zij nog ne keer. "Hoe ist mee uw kindjen?" "Pardon, ge moogt er niet aankomen, ’t slaapt." Maar d’andre is voortgegaan en z’en hee nooit nie meer over de zulle (dorpel) geweest. Dat is van mijn ouders en dat is waar. En da kindjen is genezen. Da was op Maldegem.
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
In Maldegem had men een kindje van twee of drie maanden oud, dat de hele tijd huilde. Omdat het kind vol spelden stak, beweerden de mensen dat het was betoverd. Op de boerderij kwam vaak een vrouw met petroleum leuren. De moeder van het kind kreeg van iemand de raad om naar de paters van Brugge te gaan. De geestelijken voorspelden dat er een vrouw met petroleum zou komen, die het kind op haar arm zal nemen. Die vrouw zal nog een keer terugkomen, maar dan moet je zeggen dat het kind slaapt. Nadat de moeder dat had gedaan, is de leurster nooit meer langsgekomen. Het kindje is genezen.
Bron
O. Mattheeuws, Leuven, s.d.
Commentaar
2.1 Heksen
west-vlaams (grens oost- en zeeuws-vlaanderen)
274
Meer dan zestig jaar geleden, aldus de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Maldegem   
Plaats van Handelen
Maldegem   
Brugge