Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

KERAR0115_0115_16496 - Toverij op hofstede

Een sage (mondeling), 1966

Hoofdtekst

Mijn kozen, die over een jaar of twee dood is, een grote boer, kwam een keer naar hier en me vertelden dat. "Ja”, zegt hij, "’k kwam naar hier omdat ik zo gevangen zit en ‘k weet niet wat dat ’t is. Ge moet komen”, zegt hij tegen mijn vader, "ge moet komen”! Ik zeg tegen mijn vader: "Ik ga mee”! We gingen, de champetter was ook mee en nog vijf, zes andere boeren. We zaten allemaal in de schuur en dat begon altijd ten twaalven van de nacht. ’t Was tegen ten twaalven en we hoorden en we zagen nog niets. En als het twaalf uren van de nacht was begint eerst en vooral de hond te bassen, geweldig bassen. We riepen: "Koes Léon, Léon koes”! Geen avance. Dan daarachter, de kalvers stonden te blèten op den hof, buiten ulder kot. Ge hoord’t dat ze daar stonden en de koeien begosten te bulderen. De ketens begosten te rammelen en ze waren ongeduldig. Dat was altijd van ’t ene op ’t ander springen en ze waren nooit stille. Ze liepen al weg, uitgenomen ik en de champetter. Dat duurde tot den twaalven en half en dat verbeterde dan, dat ging weg. We hebben dan daarna gaan zoeken met de lanteern en w’hebben daar niemendalle gezien. Die koeien stonden op ulder plekke, die kalvers stonden op ulder plekke, dien hond lag in zijn kot. ’t Was daar niemendalle te zien en elk was weggelopen van ’t leven. ’s Anderendaags gingen ze naar de paters van Dendermonde en ze gingen ook mee en den negenden dag was dat gedaan. Ze leesden dat ook af en ze zweetten daarvan, ’t zweet liep uit ulder haar. Ze hebben dat ook afgelezen, dat was toen gedaan. Ik heb dat meegemaakt. ‘k Was toen een jaar of negentiene.

Onderwerp

SINSAG 0478 - Andere Erlebnisse; unbeschreibbare Spukerscheinungen.    SINSAG 0478 - Andere Erlebnisse; unbeschreibbare Spukerscheinungen.   

Beschrijving

Een boer hoorde om middernacht altijd vreemde geluiden in zijn schuur, hoewel er niets te zien was. De hond begon dan te blaffen en de veedieren werden onrustig. De kalveren hadden hun stal verlaten en stonden op het erf te loeien. Een half uur later werd alles merkwaardig genoeg weer normaal. De paters van Dendermonde kwamen de boerderij overlezen tot ze helemaal bezweet waren. Toen de geestelijken dat negen dagen lang hadden volgehouden, kwam er een einde aan de spokerij.

Bron

K. Erard, Leuven, 1966

Commentaar

1.5 Plaaggeesten
west-vlaams (ieper)
38
1911
fabulaat

Naam Overig in Tekst

Dendermonde (paters van)    Dendermonde (paters van)   

paters van Dendermonde    paters van Dendermonde   

Naam Locatie in Tekst

Brielen    Brielen