LINSSEN007901 - Ensebroek.

Ensebroek. Het kasteel van Ensebroek met zijn roofridders is reeds meermalen in vorige verhalen ter sprake gekomen. Verteller woont in de buurt, waar dit kasteel zou gestaan hebben en volgens hem inderdaad gestaan heeft. Muurresten zijn vóór enige jaren blootgelegd. Hij kende nog de plaats, waar de grachten geweest waren. Deze zijn thans gedempt. Verschillende boerderijen ontleenden volgens hem hun naam aan onderdelen van het kasteel. Zijn boerderij heet "Huuskes"= huisjes (waarschijnlijk bijgebouwen), een andere boerderij "Hofer"= hof = boerderij bij het kasteel, een andere "Voores"= voorhuis van het kasteel, weer een andere "Polderte" (mogelijk waterrijk moeras)
Hij had altijd horen vertellen, dat de kasteelbewoners slechte mensen waren, van roof leefden en dat ze aan lager wal zijn geraakt, zelfs tot armoede zijn vervallen.
In het kasteel zou zich een folterkamer bevonden hebben. Vanuit het kasteel liepen onderaardse gangen naar Baexem en verder door naar Buggenum.
Men beweert, dat er toch nog schatten in de grond zitten. De latere eigenaar Siemkes schreef aan zijn pachters voor hoe diep ze mochten spitten, bang als hij was, dat ze bij dieper spitten op schatten zouden stoten.

SINSAG 1236 - Der unterirdische Gang. Belagerte entkommen.    SINSAG 1236 - Der unterirdische Gang. Belagerte entkommen.   

TM 2601 - Hoe het dorp (de stad, heuvel, straat, een plek of het stuk land) aan z'n naam is gekomen    TM 2601 - Hoe het dorp (de stad, heuvel, straat, een plek of het stuk land) aan z'n naam is gekomen   

Naamgeving boerderijen; onderaardse gang; begraven schatten.

Collectie Linssen, verslag 79, verhaal 1 (Archief Meertens Instituut)

Ensebroek    Ensebroek   

Huuskes    Huuskes   

Hofer    Hofer   

Voores    Voores   

Polderte    Polderte   

Siemkes    Siemkes   

Baexem    Baexem   

Buggenum    Buggenum   

Grathem    Grathem