Hoofdtekst
¶ Het xi. capittel.
490 "Die des saterdaechs laet te volspinnene tvlas dat opten spinroc
is, den draet die smaendaechs daer afgesponnen is en sal
nemmermeer goet zijn, noch bleiken." (Glose) Maroye de Blau seide:
"Om dat die vrouwen in Duytslant tvlas op haren spinroc laten, so
en is haer laken nemmermeer wit, ende dat blijct aen die hemden,
495 die de mans van daer brengen."
490 "Die des saterdaechs laet te volspinnene tvlas dat opten spinroc
is, den draet die smaendaechs daer afgesponnen is en sal
nemmermeer goet zijn, noch bleiken." (Glose) Maroye de Blau seide:
"Om dat die vrouwen in Duytslant tvlas op haren spinroc laten, so
en is haer laken nemmermeer wit, ende dat blijct aen die hemden,
495 die de mans van daer brengen."
Beschrijving
Dinsdag, elfde kapittel. Het vlas dat op zaterdag is blijven hangen aan de spinrokken en dat op maandag wordt gesponnen, zal nooit goed zijn en ook niet bleken.
Bron
G.J.Boekenoogen (ed.): Die evangelien vanden spinrocke. 's-Gravenhage 1910 (facsimile)
Commentaar
ca. 1520
Naam Overig in Tekst
Maorye de Blau   
Naam Locatie in Tekst
Duitsland   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20