Hoofdtekst
530 ¶ Het xvij. capittel.
"Die een exteroge wrijft op Sint Jans avont met vlierbladeren
ende steect de bladeren int aerde, so veer als die rotten, so
verre sal die exteroge verdrogen." (Glose) Ysabeel vanden Couter
seide daer op, dattet betere ware die exteroge gewreven met
535 eenen crude dat melc in heeft.
"Die een exteroge wrijft op Sint Jans avont met vlierbladeren
ende steect de bladeren int aerde, so veer als die rotten, so
verre sal die exteroge verdrogen." (Glose) Ysabeel vanden Couter
seide daer op, dattet betere ware die exteroge gewreven met
535 eenen crude dat melc in heeft.
Beschrijving
Dinsdag, zeventiende kapittel. Een eksteroog moet op Sint-Jan-avond met vlierbladeren worden besmeerd. De bladeren moeten vervolgens de grond in en zover als de bladeren rotten, tot zover zal het eksteroog uitdrogen.
Bron
G.J.Boekenoogen (ed.): Die evangelien vanden spinrocke. 's-Gravenhage 1910 (facsimile)
Commentaar
ca. 1520
Naam Overig in Tekst
Ysabel vanden Couter   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20