Hoofdtekst
Op de hei, op een warme dag, zit de herder tussen zijn schapen. Hij ziet dat zijn honden - hij heeft er twee - goed bezig zijn: houden de kudde op de plek waar de herder ze hebben wil. Hij geniet van het prachtige weer, hij geniet van zijn schapen, hij geniet van zijn honden, en van de stilte om hem heen. En dan in één keer ziet hij in de verte over het zandpad - dat heeft 'ie eigenlijk nog nooit gezien - een stofwolk. Het is duidelijk dat de wolk in beweging is. Hij komt op hem toe. En hij kijkt met verbazing en hij gaat ook staan. En voor hij het doorheeft, staat er een... ja, hij heeft ze wel eens gezien in de stad. Hij heeft er wel eens van gehoord met één oor: grote auto's, staan hoog op de wielen... En de deur vliegt open en er stapt een man uit en die heeft 'ie ook al eens in de stad gezien, maar op de hei eigenlijk nog nooit; met zo'n pak aan met van die streepjes.
De man loopt op de herder toe en zegt dan: "Ach, beste kerel, hoe heb je het vandaag?"
"Ja, ik zit hier tussen mijn schapen en alles gaat goed enne... wat komt u hier doen?"
Hij zegt: "Ik kom een weddenschap met u doen. Als ik nou raad hoeveel schapen u heeft, mag ik dan een schaap van u hebben? Past wel in die grote auto van mij."
Nou, denkt die schaapherder, dat kan 'ie nooit raden. "Nou, als u denkt dat u het raden kan, dan mag u een schaap meenemen."
Zo gebeurt. De man in het pak loopt terug naar zijn auto. En de schaapherder is bloednieuwsgierig: eens kijken hoe zo'n auto er van binnen uitziet. Die ziet dat de man op zijn plaats gaat zitten, en een zwart kastje pakt en dat openklapt en... plaatje op, en hij zit wat te tikken en hij richt iets van een... ja, het lijkt een soort schoteltje. Die man tikt verder, en kijkt zo even, en op een gegeven moment stapt hij weer uit en zegt tegen de schaapherder: "Je hebt 1143 schapen."
"Ja," zegt de schaapherder: "Dat klopt; precies op het schaap af. En twee honden."
"Nou, dan is de weddenschap hierbij klaar en ik pak een schaap en ik ga weer."
En de man loopt naar de kudde, pakt een schaap, zet het in zijn auto, en wil wegrijden...
"Ho," zegt de schaapherder, "wacht even. Ja, je overvalt me daar een beetje, maar ik wil ook wel een weddenschap met u doen."
"Nou," zegt die man, "waar wilt u dan over wedden?"
"Nou, laten we eerst even duidelijk stellen dat als ik het win, dan krijg ik mijn schaap weer terug."
"Ja," zegt de man: "Zeg maar, hoor, hoe die weddenschap eruit gaat zien."
"Nou, ik ga raden wat voor beroep u heeft."
Tja, denkt die man, daar komt 'ie nooit achter, die schaapherder. Die zit tussen zijn schaapjes en die weet verder van de wereld niet af. "Nou, zeg het maar dan."
"Nou, u bent consultant."
"Ja, verdraaid. Dat klopt, maar hoe kan jij nou weten dat ik consultant ben?"
"Nou," zegt die schaapherder, "dat is heel eenvoudig. Dat is heel eenvoudig. Je komt hier ongevraagd. Je stelt aan mij een vraag, waarop ik zelf het antwoord al weet. En je weet niet eens waar je het over hebt, want in plaats van een schaap, heb je één van mijn honden gepakt en achterin gezet."
En daarmee is ook die weddenschap beëindigd.
De man loopt op de herder toe en zegt dan: "Ach, beste kerel, hoe heb je het vandaag?"
"Ja, ik zit hier tussen mijn schapen en alles gaat goed enne... wat komt u hier doen?"
Hij zegt: "Ik kom een weddenschap met u doen. Als ik nou raad hoeveel schapen u heeft, mag ik dan een schaap van u hebben? Past wel in die grote auto van mij."
Nou, denkt die schaapherder, dat kan 'ie nooit raden. "Nou, als u denkt dat u het raden kan, dan mag u een schaap meenemen."
Zo gebeurt. De man in het pak loopt terug naar zijn auto. En de schaapherder is bloednieuwsgierig: eens kijken hoe zo'n auto er van binnen uitziet. Die ziet dat de man op zijn plaats gaat zitten, en een zwart kastje pakt en dat openklapt en... plaatje op, en hij zit wat te tikken en hij richt iets van een... ja, het lijkt een soort schoteltje. Die man tikt verder, en kijkt zo even, en op een gegeven moment stapt hij weer uit en zegt tegen de schaapherder: "Je hebt 1143 schapen."
"Ja," zegt de schaapherder: "Dat klopt; precies op het schaap af. En twee honden."
"Nou, dan is de weddenschap hierbij klaar en ik pak een schaap en ik ga weer."
En de man loopt naar de kudde, pakt een schaap, zet het in zijn auto, en wil wegrijden...
"Ho," zegt de schaapherder, "wacht even. Ja, je overvalt me daar een beetje, maar ik wil ook wel een weddenschap met u doen."
"Nou," zegt die man, "waar wilt u dan over wedden?"
"Nou, laten we eerst even duidelijk stellen dat als ik het win, dan krijg ik mijn schaap weer terug."
"Ja," zegt de man: "Zeg maar, hoor, hoe die weddenschap eruit gaat zien."
"Nou, ik ga raden wat voor beroep u heeft."
Tja, denkt die man, daar komt 'ie nooit achter, die schaapherder. Die zit tussen zijn schaapjes en die weet verder van de wereld niet af. "Nou, zeg het maar dan."
"Nou, u bent consultant."
"Ja, verdraaid. Dat klopt, maar hoe kan jij nou weten dat ik consultant ben?"
"Nou," zegt die schaapherder, "dat is heel eenvoudig. Dat is heel eenvoudig. Je komt hier ongevraagd. Je stelt aan mij een vraag, waarop ik zelf het antwoord al weet. En je weet niet eens waar je het over hebt, want in plaats van een schaap, heb je één van mijn honden gepakt en achterin gezet."
En daarmee is ook die weddenschap beëindigd.
Onderwerp
TM 8057 - Schapen raden, hond terug   
Beschrijving
Een man gaat met een schaapherder een weddenschap aan. Hij raadt correct hoeveel schapen de man heeft en mag nu een beest meenemen. De herder wil nu ook een weddenschap: hij raadt dat de man een consultant is, Hij komt ongevraagd langs, stelt een vraag waar de herder het antwoord al weet, en heeft verder geen kennis van zaken, want hij heeft geen schaap in zijn auto gezet, maar de herdershond. De herder krijgt hiermee zijn hond terug.
Bron
Optekening bij M. Visbeen, Ten Boer, 24 november 2006 (Bandopname archief Meertens Instituut)
Commentaar
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:21