Hoofdtekst
Godin vreijde juffrou Outshoorn, sij die weynig anders tot sijn laste hadde als dat hij manck ging, dat haer juyst seer tegenstont. Eyndelijck haer versoeckende, kreeg van haer tot antwoort: 'Mijnheer, uw geselschap is mij aengenaem, maer gij moest op sulcken voet niet bij mij koomen.'
Beschrijving
Een man, die als enige last had dat hij mank liep, deed eindelijk een aanzoek aan een vrouw. Het stond deze vrouw zeer tegen dat de man mank liep en zij antwoordde dat ze zijn gezelschap zeer aangenaam vond, maar dat hij niet op zulke voet bij haar aan moest komen.
Bron
Aernout van Overbeke, Anecdota sive historiae jocosae. Ed. R. Dekker, H. Roodenburg en H.J. van Rees. Amsterdam 1991
Commentaar
Derde kwart zeventiende eeuw
Naam Overig in Tekst
Outshoorn   
Naam Locatie in Tekst
Godin   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20