Hoofdtekst
Als d'ambassadeur van Savoyen klaegde, dat de coning sijn heer 't graefschap Salutz afeyschte, soo seyde de coning: 'Ick eysch 'tgeen mijn is en soo 't u heer niet wil gelooven, ick sal 't hem met dertichduysent getuygen bewijsen.'
Beschrijving
De ambassadeur klaagde dat de koning het graafschap Salutz van zijn heer opeiste. De koning zei alleen datgene op te eisen wat van hem was en als zijn heer dit niet wilde geloven dan zou hij het hem met dertigduizend getuigen bewijzen.
Bron
Aernout van Overbeke, Anecdota sive historiae jocosae. Ed. R. Dekker, H. Roodenburg en H.J. van Rees. Amsterdam 1991
Commentaar
Derde kwart zeventiende eeuw
Naam Overig in Tekst
Savoyen   
Salutz   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20