ELDER027

Aant. 1953, fol. 15f: ,,Wanneer de kabouter zijn regelmatige rondgang maakt langs de door hem beheerde en bewaakte, in de aarde verborgen schatten, wordt hij door de heks gevolgd en geobserveerd. Deze heks is daarbij naakt, maar draagt om haar hoofd, haar schouders óf haar middel een ritueel vervaardigde en van de juiste tovertekens voorziene omslagdoek, doe haar voor de kabouters onzichtbaar maakt", &c., zie documentatie §12/1953.- Mej. Hubertje Plaisir, woonwagenbewoonster, 77 jaar oud (zie Aant. 1953, fol. 9d, F3) vertelt dat de kabouter de ligging van zijn bewakingsobjecten nauwkeurig volgt: maakt hij ergens een scherpe hoek, dan ligt dáár in de bodem iets verborgen.- Zie ter vergelijking documentatie §21/1947, ,,Tarnkappe, de onzichtbaar makende mantel in de Nibelungensage''.-

Wanneer de kabouter zijn regelmatige rondgang langs de door hem beheerde en bewaakte schatten maakt, wordt hij nauwkeurig gevolgd door de heks. Deze heks draagt een omslagdoek, die ervoor zorgt dat zij onzichtbaar is voor de kabouters.

J.H.W. Eldermans, Aardgeesten, Gnomen, Kabouters, etc.. Restanten no. 16B. Een handgeschreven, ongepubliceerd manuscript. Manuscript eigendom van het Museum of Witchcraft, Boscastle, Cornwall, UK.

1953

Eldermans hoorde dit verhaal van de, toentertijd 77-jarige, Hubertje Plaisir. Plaisir was een woonwagenbewoonster. Zie bij 'Beeld' voor een afbeelding van de pagina uit het manuscript.

Hubertje Plaisir    Hubertje Plaisir   

2013-03-01 14:46:21