Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

DYKFRIES2076 - Rooken of niet

Een mop (boek), 1896

Hoofdtekst

Rooken of niet.
Eene arme weduwe had een grooten jongen, die veel van rooken hield, maar zijne moeder wilde 't hem niet toestaan, omdat naar hare meening rooken tot niets deugde. Zij was een ernstig mensch, maar kon niet lezen, daarom moest haar zoon elken dag haar iets uit den bijbel voorlezen. En nu bedacht hij, om vergunning voor rooken te krijgen, deze list: als hij een bijbelsch geschiedverhaal las, liet hij, zoo dikwijls 't maar wat pas gaf, er tusschen invloeien: «Ende sy rookten ende sy smookten.»
Toen de moeder dit bij herhaling hoorde, vroeg zij met belangstelling: «staat dat er?» - «Wel zeker, moeder.» - «Nu, maar als de menschen in dien ouden tijd reeds rookten, dan moogt gij het ook wel doen.»
De list was dus gelukt en dit verleidde den knaap om des anderen daags nog een stap verder te gaan. Toen las hij: «Ende sy rookten ende sy smookten ende sy dronken een slok.» Dit kwam de moeder nu toch verdacht voor. Zij deed onderzoek naar de zaak bij haar buurvrouw, en het bleek, dat de snaaksche knap haar bedrogen had. En nu werd hem het rooken verboden voor altijd.

Onderwerp

VDK 1851A* - "En zij roookten en zij smookten."    VDK 1851A* - "En zij roookten en zij smookten."   

Beschrijving

Een weduwe wil niet dat haar zoon rookt, maar de zoon bedenkt een list. Als hij zijn moeder voorleest uit de Bijbel, last hij af en toe de zin "ende sy rookten ende sy smookten" in. Omdat het in de Bijbel staat, mag de zoon van de moeder ook wel roken. Als de zoon probeert op dezelfde manier het drinken in de Bijbelverhalen in te lassen, krijgt zijn moeder argwaan. Als blijkt dat haar zoon haar bedrogen heeft, mag hij nooit meer roken.

Bron

Waling Dykstra: Uit Friesland's volksleven van vroeger en later: volksoverleveringen, volksgebruiken, volksvertellingen, volksbegrippen. Leeuwarden [1896], deel 2, 144