Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

DYKFRIES2288

Een sage (boek), 1896

Hoofdtekst

- Puisten op het aangezicht verdrijft men door die zoo dikwijls mogelijk in het heldere licht der maan met den drogen vinger te wrijven. - Lijders aan kliergezwellen of klierachtigen uitslag moeten een floretten bandje onder de kleêren om den hals dragen en dit om de drie weken vernieuwen. Aardwormen, in de koekepan gebraden en tot poeder gemaakt, worde om de drie uren ingenomen, telkens een tweegrams poeder. - Lijnkoekpap is zeer goed op steenpuisten. - Wortels van de klisplant (Fr. kladdeboskwirtels), in den zak gedragen, weren steenpuisten af of verdrijven die. Sommigen achten 't beter, kliswortels op den buik te dragen. Weêr anderen noemen wortels van brandnetels, of prijzen aan: drie galnoten in den zak te dragen. Deze moeten worden gegeven zonder dat er dank voor mag worden gezegd. Als inwendig middel schrijft men voor: schraapsel van op het vuur geroosterde doodsbeenderen. Ook looden hagels of, als deze niet helpers, een weinig buskruit.

Onderwerp

TM 4302 - Volksgeneeskunde    TM 4302 - Volksgeneeskunde   

Beschrijving

Geneesmiddelen tegen puisten en kliergezwellen.

Puisten op het gezicht verdrijft men door ze vaak mogelijk in het heldere maanlicht met een droge vinger te wrijven. Mensen die lijden aan kliergezwellen of klierachtige uitslag moeten een floretten bandje onder de kleren om de hals dragen en dit om de drie weken vernieuwen. Aardwormen, in de koekenpan gebraden en tot poeder gemaakt, worden om de drie uur ingenomen, telkens zo'n twee gram. Lijnkoekpap is zeer goed tegen steenpuisten. Wortels van de klisplant, in de zak gedragen, weren steenpuisten af of verdrijven die. Sommige achten het beter kliswortels op de buik te dragen. Weer anderen noemen de wortels van brandnetels of het dragen van drie galnoten in de zak. Deze moeten worden gegeven zonder dat er dank voor mag worden gezegd. Inwendig kan men het schraapsel van op het vuur geroosterde beenderen gebruiken. Ook loden hagels of een klein beetje buskruit zouden kunnen helpen.

Bron

Waling Dykstra: Uit Friesland's volksleven van vroeger en later: volksoverleveringen, volksgebruiken, volksvertellingen, volksbegrippen. Leeuwarden [1896], deel 2, p. 260-261.