Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

DYKFRIES2338

Een sage (boek), 1896

Hoofdtekst

Als er geen r in de maand is, d. i. in de zomermaanden Mei-Augustus, hebben de huiskrekels vleugels en kunnen vliegen. In deze maanden deugen de schelvisch, de kabeljauw en de haring niet, de zwart- of donkerhuidige zeevisch wel. - Velen eten gedurende dezen tijd geen mosterd; men kan dan zijn eigen adem niet zien en de bunsingvellen hebben geen waarde.

Beschrijving

Als er geen r in de maand is, d. i. in de zomermaanden mei-augustus, hebben de huiskrekels vleugels en kunnen vliegen. In deze maanden deugen de schelvisch, de kabeljauw en de haring niet, de zwart- of donkerhuidige zeevis wel. - Velen eten gedurende dezen tijd geen mosterd; men kan dan zijn eigen adem niet zien en de bunsingvellen hebben geen waarde.

Bron

Waling Dykstra: Uit Friesland's volksleven van vroeger en later: volksoverleveringen, volksgebruiken, volksvertellingen, volksbegrippen. Leeuwarden [1896], deel 2, p. 269.