Hoofdtekst
Hier en daar vindt men op het friesche platteland nog een kleine veldarbeiderswoning, die <<stemhuisje>> wordt genoemd. Deze gebouwtjes zijn ontstaan in de achttiende eeuw, toen het stemrecht, ter benoeming van grietmannen en verdere grietenij- en dorpsambtenaren, predikanten en schoolmeesters, verbonden was aan een hornleger (eigenlijk: legerplaats voor het hoornvee, bij uitbreiding het erf waarop het woonhuis met schuur en stalling staat, behoorende tot eene boerenplaats). Werd dit huis afgebroken en hierdoor de plaats als 't ware ontbonden, dan was, zoolang deze toestand bleef bestaan, de stem <<slapende>>, er mocht geen gebruik van worden gemaakt. Men kon haar weêr doen ontwaken door op het hornleger een huis te bouwen en er eenige landerijen aan toe te voegen. Het kon gebeuren, dat bij eene ophanden zijnde verkiezing een der partijen berekende, ééne stem te weinig te hebben om te kunnen overwinnen. Dan werd, onder strikte geheimhouding, in den nacht vóór den stemdag, op een hornleger met slapende stem in allerijl een huisje gebouwd, eenvoudig en bekrompen, maar 't moest bewoonbaar zijn, d. i. een buitendeur, een venster en een haardstede hebben. Ook zegt men dat er stalling voor twee koeien in moest zijn, maar 't werd er gewoonlijk niet zeer nauw meê genomen. Veelal werd zulk een stemhuisje spoedig weêr afgebroken, doch ook wel in voldoenden staat gebracht om te blijven bestaan.
Nabij het gehucht Tsjynzerburen, onder Roordahuizum, staat nog een stemhuisje, dat er, volgens de overlevering, gebouwd is in één nacht midden in den winter, terwijl de kleiwegen zoo goed als onbruikbaar waren. Er moest een nieuwe dorpsrechter worden benoemd. Een der partijen, zich te zwak kennende, maar wetende, dat op een voormalig hornleger aldaar een of meer slapende stemmen lagen, besloot een stemhuisje te bouwen. - Er werden twee flinke paarden voor een hooiwagen gespannen, hiermeê ging men de noodige bouwmaterialen van Grouw halen en vervolgens met mannenmacht aan het werk. Toen de buren des morgens het hoofd buiten de deur staken, zagen zij daar een huisje, waarvan de schoorsteen reeds rookte. Bij nader onderzoek bleek, dat daarbinnen eene vrouw zat pannekoeken te bakken. Het huis werd dus ook bewoond!
Nog vroeger waren er ook hanestemmen. Verkocht iemand eene boerenplaats, dan behield hij, om stemgerechtigde te blijven, het hornleger aan zich en verhuurde dit aan den nieuwen eigenaar <<voor eeuwig>>, tegen eene zeer onbeduidende huursom, bv. een paar hanen in het jaar; vanhier de naam. Alzoo kon het voorkomen dat iemand, die niets bezat dan enkel een hornleger, stemgerechtigd was, terwiji sommige bezitters van een aantal landerijen geene stem hadden. - Toen bij eene tienjarige herziening van het reglement bepaald werd, dat iemand, om stemrecht te hebben, niet alleen het hornleger, maar ook de bijbehoorende landerijen moest bezitten, terwijl er bovendien een huis op moest staan, toen vervielen de hanestemmen en konden er slapende stemmen zijn.
Nabij het gehucht Tsjynzerburen, onder Roordahuizum, staat nog een stemhuisje, dat er, volgens de overlevering, gebouwd is in één nacht midden in den winter, terwijl de kleiwegen zoo goed als onbruikbaar waren. Er moest een nieuwe dorpsrechter worden benoemd. Een der partijen, zich te zwak kennende, maar wetende, dat op een voormalig hornleger aldaar een of meer slapende stemmen lagen, besloot een stemhuisje te bouwen. - Er werden twee flinke paarden voor een hooiwagen gespannen, hiermeê ging men de noodige bouwmaterialen van Grouw halen en vervolgens met mannenmacht aan het werk. Toen de buren des morgens het hoofd buiten de deur staken, zagen zij daar een huisje, waarvan de schoorsteen reeds rookte. Bij nader onderzoek bleek, dat daarbinnen eene vrouw zat pannekoeken te bakken. Het huis werd dus ook bewoond!
Nog vroeger waren er ook hanestemmen. Verkocht iemand eene boerenplaats, dan behield hij, om stemgerechtigde te blijven, het hornleger aan zich en verhuurde dit aan den nieuwen eigenaar <<voor eeuwig>>, tegen eene zeer onbeduidende huursom, bv. een paar hanen in het jaar; vanhier de naam. Alzoo kon het voorkomen dat iemand, die niets bezat dan enkel een hornleger, stemgerechtigd was, terwiji sommige bezitters van een aantal landerijen geene stem hadden. - Toen bij eene tienjarige herziening van het reglement bepaald werd, dat iemand, om stemrecht te hebben, niet alleen het hornleger, maar ook de bijbehoorende landerijen moest bezitten, terwijl er bovendien een huis op moest staan, toen vervielen de hanestemmen en konden er slapende stemmen zijn.
Beschrijving
Uitleg over zogenaamde 'stemhuisjes'. Wie in het bezit was van zo'n huisje, had een stem en kon daarmee invloed uitoefenen op de stemmingen. Als een huisje werd afgebroken of niet bewoond, dan was de stem ongeldig. De 'slapende' stemmen werden soms weer in gebruik genomen door een partij die één stem te weinig dreigde te hebben in een aankomende stemming.
Om stemgerechtigde te blijven bij de verkoop van een boerenplaats, behield de eigenaar het hornleger. Dit hornleger werd aan de eigenaar verhuurd voor bijvoorbeeld een paar hanen per jaar, die de naam verklaren. Zo kon iemand die slechts een hornleger bezat wel stemgerechtigd zijn, terwijl iemand die een aantal landerijen bezat soms geen stem had. Deze stemmen vervielen bij een herziening, waardoor er geen hanestemmen meer waren, maar nog wel slapende stemmen.
Om stemgerechtigde te blijven bij de verkoop van een boerenplaats, behield de eigenaar het hornleger. Dit hornleger werd aan de eigenaar verhuurd voor bijvoorbeeld een paar hanen per jaar, die de naam verklaren. Zo kon iemand die slechts een hornleger bezat wel stemgerechtigd zijn, terwijl iemand die een aantal landerijen bezat soms geen stem had. Deze stemmen vervielen bij een herziening, waardoor er geen hanestemmen meer waren, maar nog wel slapende stemmen.
Bron
Waling Dykstra: Uit Friesland's volksleven van vroeger en later: volksoverleveringen, volksgebruiken, volksvertellingen, volksbegrippen. Leeuwarden [1896], deel 2, p. 273-274.
Naam Locatie in Tekst
Tsjynzerburen   
Roordahuizum   
Grouw