Beschrijving
(a) Een pastoor in een trein (tram) eet een broodje ham (spek). Naast hem zit een rabbi, (a1) Jood. (b) Hij biedt deze ook een broodje aan, maar hij weigert: Joden mogen geen varkensvlees eten. (c) De pastoor: "Je weet niet wat je mist man, varkensvlees is zo lekker". (d) Als hij uitstapt zegt de rabbi (Jood) tegen de pastoor: "De groeten aan uw vrouw." Deze antwoordt: "Ik heb geen vrouw, pastoors mogen niet trouwen." (e) De rabbi (Jood): "Je weet niet wat je mist man, vrouwenvlees is zo lekker."
Subgenre
mop