Faustus schrijft een brief naar een oud-medestudent van vroeger aan de Universiteit van Wittenberg, Joannes Victorus.
Hij pocht hierin hoe goed hij tegenwoordig geworden is in het doen van voorspellingen en het maken van almanakken. Hij vertelt ook…
In de jaren zeventig hebben bewoners van andere planeten de aarde beschermd tegen schadelijke zonnestralen, die anders de aarde verwoest zouden hebben.