Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

VOLKS049 - Van 't schoenmakerken

Een sprookje (), 1889

Hoofdtekst

Van 't schoenmakerken
Daar was zoo eens een schoenmaker, en die at zoo gaeren koekebakken.
"Ja maar," zei zijn vrouw altijd, als hij er van sprak, "wij hebben geen pan!"
"Wel, ontleen er dan een hiernaast!" zei de pekker.
Dat deed zij dan ook, en nu maar gebakken! Maar 't schoonste van al, zij bakten zoo lang tot de pan kapot sprong!
Geen een van de twee, natuurlijk, die de pan weer 'naar huis' wou dragen. Was me dat een ruzie!
"Hoor eens," zei de schoenmaker op den langen duur, "een akkoord: laat ons malkanderen goed verstaan. Een van ons tweeën moet zich met die vuile commissie belasten: daar is geen uitkomen aan. Maar wie? Komaan: al wie het eerst, tegen wie het ook zij, al was 't maar een enkel woordeken spreekt, die drage de pan naar huis!"
"Dat is zoo overeengekomen," was het antwoord.
Den dag nadien, kwamen de menschen van neven de deur aankloppen, hun hoofd in huis steken, en vragen: "Of ze nu nog haast hun pan niet terugkregen?"
Maar er kwam geen antwoord.
Als zij zich tot de vrouw wendden, begon deze vlijtig haar spinnewiel te doen draaien, en zei niets dan: "sjip, sjip, sjip, sjip, sjip, sjip, sjip, sjip, sjip, sjip!"
En spraken zij tegen den man, dan begon deze zoodanig te kloppen en te fluiten, dat de menschen er alras moesten van door trekken.
Kwamen er nu kalanten of koopers op den winkel, dan herbegon dezelfde comedie.
Op den langen duur moesten de geburen wel gelooven, dat de schoenmaker en zijn vrouw betooverd waren.
Niet langer mocht er gewacht worden. En ze liepen naar den pastoor en naar den koster, die de 'kwade hand' moesten lichten.
IJverig begonnen de kerkdienaars kruisen te slaan, gebeden te lezen en wijwater te sprenkelen.
Dat had nu zoo al een heelen tijd lang geduurd, en nog hadden ze uit de twee betooverden niets kunnen bekomen dan: "sjip, sjip, sjip!" en (de verteller fluit) altijd hetzelfde eentonig gefluit.
Eindelijk greep de koster een heelen eemer met wijwater en wierp hem de vrouw, die het hardnekkigst bezeten scheen, in één geut over het godgansche lijf!
"Heeft-het-nu-lang-genoeg-geduurd?!!" borst opeens het pekkerswijf los, die zich niet langer bedwingen kon.
"Gij draagt de pan naar huis!" zei de schoenmaker.

Hiervan bestaan een menigte varianten. In gewijzigden vorm is het vertelsel heel ons land door bekend. Het slot luidt soms aldus: "Een der heeren van de wet nam dan den baaien rok van de vrouw, waarop deze uitriep: "Dat's 't mijn! Handen thuis!" waarop zij ook de pan mocht naar huis dragen, enz.

Onderwerp

AT 1351 - The Silence Wager    AT 1351 - The Silence Wager   

ATU 1351 - The Silence Wager.    ATU 1351 - The Silence Wager.   

Beschrijving

Een man wil graag pannenkoeken eten en zijn vrouw leent een pan bij de buren omdat ze er zelf geen hebben. Ze bakken echter zo lang dat de pan kapot gaat. Geen van twee wil de pan terugbrengen. Ze spreken af dat ze zullen zwijgen en de eerste die iets zegt, de pan terug moet brengen. De mensen denken dat ze betoverd zijn want de vrouw zegt alleen maar 'sjip' en de man fluit, als tegen hen gesproken wordt. De koster en de pastoor worden erbij gehaald. Als niets helpt, gooit de koster een hele emmer met wijwater over de vrouw heen. De vrouw zegt iets en moet de pan terugbrengen.

Bron

Volkskunde. Tijdschrift voor Nederlandsche Folklore. 2 (1889) p. 17

Commentaar

1889
The Silence Wager

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:20