Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

ENGELB_07_002

Een personal narrative (mondeling), april 1973

Hoofdtekst

Deterink: Wie môsn hen hoolthouwn. Eerst naor de kaerk hen 's morgns, dat was ja vroger het gebroek en dan hen dat hoolthouwn en dat wördn zaoterdaags ôphaald. Mer dat môs Maensman doon.
IK: Dat was vast gebroek of nich?
D: Dat was vast gebroek, En door ha'j Sanderman, ik wet nich wel dat ôphaaln. Mer in elk geval dat hadn ze zao regeld: een wel de meeste hei har en de meeste ground har, daen môs 't hoolt lewwern en den haaln 't ôp. Zao hadn ze dat vuur mekaar maakt.

Beschrijving

Na de kerkdienst moest er hout voor het paasvuur worden gehakt. Dit werd geleverd en opgehaald door diegene die het meeste grond bezat.

Bron

Collectie Engelbertink, verslag 7, verhaal 2

Naam Overig in Tekst

Maensmans    Maensmans   

Sanderman    Sanderman