VODA_028_17

Eén van de mooiste verhalen die ik me herinner van m’n lagereschooltijd is wel dat van onze lieve vrouw van het wondere schot. En eh… het mooie vind ik d’r van dat er eigenlijk misschien ook zelfs een beetje historische ondergrond van zit. Want we hebben hier in Sevenum een kapelletje van 1676 dat bij die gelegenheid zou zijn gesticht. Het verhaal in het kort dan komt hierop neer; het was winter en ehm… ja zo gaat dat in de winter, heel koud, al langer winter, vermoedelijk in een hele ouwerwetse winter. En eh… 1676 dan moet je je realiseren dat in 1800 had Sevenum een tweeduizend inwoners. Vroeger zeiden ze dus zielen. Maar haha. Dus in 1676 schat ik een duizend inwoners. En Sevenum is groot vijfduizend hectare, dus die waren nogal ver verspreid. En in het Luttelse veld, en dat vind ik ook weer zo’n mooie herinnering, een Luttel dat is een klein veld, was een klein veldje in al die bossen uitgespaard of dan ontgonnen. En daar was een boer die dus d’r ehm… ja moeilijk z’n kost verdiende en in de winter zal ie vermoedelijk wel heel zwaar ge- zwaar in de zorg gezeten hebben. En toen moest iemand, toen dat zo lang winter bleef, naar het dorp, waar de meeste mensen woonde, en dat was toch een flink eind d’r vandaan, eten gaan halen. En eh… toen is d’r wat gebeurd, vermoedelijk een wolf, of ‘t kan ook een wilden hond geweest zijn die wild geworden is, ook elders weer van d’n honger, op dat kind afgekomen. Andere, die onderwijzer die ’t mij verteld heeft die zei ’t was een dochter van die boer, maar de ander vertelde weer ’t was een gedienstige. En as je ’t mij vraagt, ik geloof eerder dat ’t een gedienstige is geweest, want as ’t echt een noodsituatie is geweest zal die boer z’n dochter niet zo makkelijk naar het dorp gestuurd hebben. Tenminste ik als vader zou veronderstellen, dan ga je zelf. Hè, dan stuur je toch niet je dochter? Dus of die gedienstige of die dochter, die schrikt, en ziet op een bepaald moment dat wild beest op zich afkomen en ze gilt, zeg maar ‘ave maria’ of zoiets, en op dat moment valt er een schot en die wolf, dat beest, dat valt neer. Nou, een consternatie natuurlijk van jawelste. En het kind dolgelukkig naar huis. En ehm… of nu die vader als ik mijn theorie aanneem dat ’t een arme sodemieter is geweest, dan kan die niet beloofd hebben dat die een kapelletje zal gaan bouwen voor bij die gelegenheid. Maar vermoedelijk is de hele familie naar ’t dorp, toch naar ’t dorp getrokken, naar de pastoor gaan vertellen en alle notabelen en wat er destijds in Sevenum was is komen kijken en naar het verhaal luisteren. En bidden ter plaatse natuurlijk en ten slotte heeft iemand gezegd we zullen hier een ter herinnering een kapelletje bouwen. En dat staat er nu nog. Dat is pas gerestaureerd. En daarbovenop, dat was- dat zal ook wel uit de duim van die onderwijzer gekomen zijn, één van de verhoringen in de loop van de eeuwen was dan de bekering van Zatte Neer [?]. Zatte Neer dat was dus, de naam zegt ’t al, zo’n roemrucht eh personage hier in de parochie, die was eh… continue in den olie. Niet den heiligen olie, haha. En zijn moeder die had daar zoveel pijn van en die hield geregeld novenen daar in dat kapelletje en brandde kaarsen. Ja, daar moest toch wat aan gebeuren en ze was ook wel goed vertrouwen. Dat hadden de meeste mensen destijds nog wel. En zowaar één van de, misschien is het wel een kermis geweest ik weet er niks van… maar daar is Neer zo in den olie zo beschonken dat ie geen onderscheid meer weet tussen mijn en dijn, dat ie eh z’n hand slaat aan het kapelletje. Maar door een wonder, door een ja Neer vertelde dat later zelf, maar ja, hij was helemaal beschonken dus wat ie vertelde hoef je ook niet helemaal geloven en derde, maar hij zag in ene een lichtflits, heeft Neer verteld zogenaamd. Daarna, zegt ie, ik zag die die schone lieve vrouw en ik heb beloofd dat ik nooit meer zal drinken. En da vind ik zie mooi, wij hebben hier vier vijf jaar geleden een krantenknipsel, dat mag ik misschien voorlezen, daar is iets soortgelijks gebeurd. Dat is een verslag van de politierechter, hier in de omgeving, en de laatste maar niet de minst belangrijke zaak was die tegen een chauffeur uit eh puntjes puntjes zal ik maar zeggen. Die onlangs samen met een vriend een ravage had aangericht in een kapelletje in de Sevenumse buurtschap Den Eigen. Er waren sierkleedjes vernield, de hand van een heiligenbeeldje uit 1700, dus 16- ja dat dat beeldje kan wel van 1700 geweest zijn daarna, was afgebroken, er waren bloemen uit de vazen gerukt en zelfs was er een zak zand binnengehaald terwijl men de mouw van een regenjas over het hoofd van een beeld had getrokken. Een ernstig geval van beeldenstorm, was de gerechtelijke mening. En die man, die toenmaals een beetje dronken was geweest, kreeg een boete van vijftig gulden of tien dagen. Dus de geschiedenis herhaalt zich ongeveer, hè? Dus wat er toen gebeurd kan zijn, dergelijke dingen die gebeuren tegenwoordig nog.

SINLEG 0011 - Der Schuss aus der Luft. Ein Wolf, der eine Frau (Kind) angreift, erschossen.    SINLEG 0011 - Der Schuss aus der Luft. Ein Wolf, der eine Frau (Kind) angreift, erschossen.   

Boerendochter of gedienstige moet eten in het dorp gaan halen, maar wordt onderweg aangevallen door een soort wolf. Ze roept uit 'ave maria' en wonderbaarlijk genoeg velt een schot de wolf. Naderhand is op die plek een kapelletje gebouwd. Ook vertelt het fragment over Zatte Neer [?], een dronken man die na het zien van een wonderlijke mooie vrouw belooft nooit meer te drinken.

Radio-uitzending Vonken onder de As (NOS)

Zatte Neer    Zatte Neer   

Sevenum    Sevenum   

Den Eigen    Den Eigen   

Luttelse veld    Luttelse veld   

Sevenum    Sevenum