BROUWERS003006

Op een boerenhof was dat, toen..........daar was een broer van mij, Hannes z.g., die vrijde in Ingber, en toen hoorde hij.......toen ze naar de stal gingen, hè, toen..........toen zaten de paarden, vier stuks, op de knieën, voor de voerbak, ........Op Ingber........Dat heb ik eens gehoord. Op Ingber is dat gebeurd.
En ook hoorde ik ..........en toen hoorde ik ook dat een man die die zich gemeld had, die kon dat........dat ging dan met een steen, hè,......die kon dat verdrijven.......die kon dat elk jaar zoveel passen.......ik zal nu eens zeggen dat is nu een jaar.........kon die voor bidden dat 't, ik zal nu zeggen, dat het verschillende jaren wegbleef, hè.
Dat heb ik wel gehoord. Op Ingber is dat gebeurd, geweest. Ja, de man die dat kende zegenen, die draaide elke dag de steen en dat kon hij ver....verrrrrrrrrr. Ik zal nu zeggen, ik wil het zover hebben, ik zal nu zeggen tot Venlo, of zo, hè. Elke dag draaide die man de steen een keer. Ja, die kon dat verdrijven.

--------------
plaats van handeling: Ingber (gulpen)

vr. kunt U iets meer over de steen vertellen?
a. neen, daar weet ik niet veel van.
vr. waren de paarden misschien verkeerd beslagen?
a. neen, die zaten alleen op de knieën, anders niks.

Paarden liggen op hun knieën voor vooerbak; tovenaar kan door steen de verdraaien toverij verdrijven.

Collectie Brouwers, verslag 30, verhaal 6 (Archief Meertens Instituut)

Hannes    Hannes   

Ingber    Ingber   

Venlo    Venlo   

Ingber Gulpen    Ingber Gulpen