Hoofdtekst
Vroeger jaren hoorde ze ooch dik schoon muziek in de lucht en dat was de benders of bindersjacht. Zo noemde ze dat. En dat waren roversbenden die door de lucht trokken. Die noemde ze zo omdat die als ze gingen stelen altijd de mensen vastbonden op ne stoel. Op e Koles daar zat eens nen hoop werkvolk in de schuur bijeen zo en ineens zegt er ene: 'Wat hoor ich toch allemaal?' 'Ach, dat zijn de benders die door de lucht trekken. Geloofde gij dat nie?' zegde ze tegen hem. 'Nee, ich zou dat ooch eens gen doen' zei die, die geloofde daar niks van hé. Maar dien andere dat was er ooch ene van die bende en die haalde ne band uit: 'Doet die maar eens effekes om.' Ja, en den andere deed die band om en hij was eweg. Maar 's anderendaags toen hij terug kwam was hij zo muug dat hij twee daag in ze bed moest blijven eer hij terug op z'n stekken was. Dien had den hele nacht met die benders door de lucht getrokken.
Beschrijving
De benders- of bindersjacht waren roversbenden die met mooie muziek door de lucht vlogen. De rovers werden 'benders' of 'binders' genoemd omdat ze de mensen altijd vastbonden op een stoel. Toen de bendersjacht op een dag voorbijkwam, zei een man: "Ik zou dat toch eens graag doen". Daarop antwoordde een andere, die lid was van de roversbende: "Hier, doe deze band dan maar eens om". De man deed de band om en vloog weg met de rovers. Toen de man terugkwam, was hij zo moe dat hij twee dagen in bed moest blijven.
Bron
I. Kenens, Leuven, 1957
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (noord-west)
68
fabulaat
Naam Overig in Tekst
binders   
bendersjacht   
bindersjacht   
benders   
Naam Locatie in Tekst
Eksel