Hoofdtekst
De Garwébende, dat moet in de jaren tachtig geweest èn. Z’èn ook nog thuzent kommen pakken. M’an wieder e kleen, kleen hoendje. Me weunden wieder up èn hof dor an ’t Smeschge. Dat hoendje schreeuwde zodanig bij nachte en ‘k stoend ik up en ‘k zag dor dat hoendje liggen, de leên (lendenen) ofgeslegen. Ze zaten zieder toen in de scheure hooi te boendeln. Bij e Phlypo èn ze graan uut de scheure haald. Z’èn geen moorden gedon. Mor z’èn e keer e vromens angevollen, Steenkiste, up Ammersvelde. De bende Garwé woren Zarrenaars. ’t Wos dor ook een bij van de Terrests. Broze (Ambrosius) Schaeve wos dor ook bij. ’t Wos dor e bozen commissaris van Staân die dat ollene achterhaald et.
Onderwerp
SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.   
Beschrijving
De bende van Garwé was actief in de jaren tachtig. Op een boerderij bij 't Smeschge had men een klein hondje. Toen de boer zijn hondje op een nacht onophoudelijk hoorde janken, ging hij naar beneden om te kijken wat er aan de hand was. Daar zag de boer dat de lendenen van het dier waren afgesneden. Intussen zaten de rovers in de schuur hooi te bundelen. Op een andere boerderij haalden ze graan uit de schuur.
De rovers hebben nooit moorden gepleegd, maar in Ammersvelde hebben ze een keer een vrouw aangevallen. De leden van de bende van Garwé waren afkomstig uit Zarren. Eén rover kwam uit Terrest. Een commissaris uit Staden heeft de bendeleden ontmaskerd.
De rovers hebben nooit moorden gepleegd, maar in Ammersvelde hebben ze een keer een vrouw aangevallen. De leden van de bende van Garwé waren afkomstig uit Zarren. Eén rover kwam uit Terrest. Een commissaris uit Staden heeft de bendeleden ontmaskerd.
Bron
S. Top, Leuven, 1964
Commentaar
4. Historische sagen
west-vlaams (vrijbos)
165B
Omstreeks 1880
memoraat
Naam Overig in Tekst
Ambrosius Schaeve
Garwé
Garwé
Garwé (bende van)   
Smesche   
bende van Garwé   
't Smeschge   
Naam Locatie in Tekst
Zarren   
Plaats van Handelen
Ammersvelde   
Terrest   
Zarren