Hoofdtekst
Dat was, maar ik weet niet meer wie dat dat was, die haalden ze erbij en die kon dat overlezen. En dan moesten ze met vier man zijn en dan kregen ze elk een gebedje - met drie man, zo moet ik het zeggen - en dan moesten ze op de drie plaatsen van het huis gaan staan, buiten het huis hè, op de drie koppen (= hoeken van een huis). En op de vierde daar mocht niemand niet komen, want als daar iemand kwam, dan gingen de ratten niet weg, langs die kant moesten ze weggaan. En dan die andere mens die ging dan in het huis. En zij moesten dat gebedje dat ze kregen, opzeggen en hij overlas dat in het huis hè en langs die vierde plaats waar dat niemand stond, langs die vierde hoek langsdaar verdwenen ze dan. Dat heb ik die mens dikwijls horen zeggen.
Onderwerp
SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   
Beschrijving
Een tovenaar kon ratten wegjagen door het huis te overlezen. Terwijl de tovenaar in het huis was, moesten drie mannen elk op een hoek van het veld gaan staan en een gebedje voorlezen. Langs de vierde hoek konden de ratten dan weglopen.
Bron
W. Achten, Leuven, 1971
Commentaar
2.2 Tovenaars
midden-limburgs
d
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Genk