Hoofdtekst
Dat was hier neven, Wijtje T., die dat altijd vertelde. Zijn moeder ging dan altijd naar de meulen met de kruker. En een menneke liep daarneven op en een zusterke zat op de kruker. En ze kwamen es een lelijke vrouw tegen en die zagt tegen de moeder: 'Wat hebste schoen kindjes.' En ze streek het es euver de kop en ze kregen nen appel. Maar Ties was slim en die gooide den appel weg, maar zijn zusterke beet erin. En toen ze aan het huis kwamen en ze het kind van de kruker wouden nemen, was het kind dood. Het was een heks geworden.
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
De moeder van Ties W. ging vaak samen met haar kinderen met een kruiwagen naar de molen. Op een dag kwamen ze onderweg een lelijke vrouw tegen, die zei: "Wat heb jij toch mooie kinderen!" De vrouw streelde het meisje en het jongetje over het hoofd en gaf hen beide een appel. Moeder W. gooiide de appels van de kinderen weg. Ze had echter niet gezien dat het meisje al in haar appel had gebeten. Toen ze thuiskwamen, was het meisje dood. Het arme kind was een heks geworden.
Bron
T. Daniëls, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (weert en omstreken)
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Ties W.   
Naam Locatie in Tekst
Kinrooi