Hoofdtekst
Dat was hier op het hof van Louis Peter (Sylvain Van de Veldestraat), en dat was er alle avonden en twee, drie keer op de week een roepen en tieren. Wij lagen daar in de schuur, die op ’t hof stond, met vier. En ge hoort dat, maar wij hoorden juist niets. Maar die mensen van die boerderij kwamen allemaal tegelijk binnengestormd. “Hoort ge die koeien roepen?” vroegen ze. Mijn vriend zei: “Zoudt ge willen weten dat hij ons nog heel zot zal maken?” Wij hoorden niets. En de boer zegt: “Kijk, ze lopen allemaal los.” Wij gingen met vier de stal binnen maar we zagen niets, de koeien lagen te slapen. En een tijdje nadien zei de boer terug: “Ge hebt nog niets gezien zeker? Ze hebben vanachter mijn stallingen afgebroken…” Wij, met een lang gat, gingen kijken. Dat geloofde ik toch niet. Wij gingen achter die gevel kijken, we waren niet schau. “Ziet ge ze?” vroeg ik. “Nee, maar ‘k hoor ze”, zei de boer. Ik zei: “Ge kunt morgen naar de dokter gaan met uw oren.” Maar die vent dacht dat het daar toverde. En ’s anderendaags kwam hij naar mijn huis en zei dat ze met hem lachten. En hij stak dat op een vrouwmens. En in die tijd karnden ze met een staf en ze hadden nooit boter op de melk. Ik zeg: “Hoe komt dat nu? Als wij karnen, hebben wij altijd boter.” “Jamaar, ze komen zij bij u niet hé”, zei hij. “Ik zal het eens aan vader vragen”, zei ik. “Wat ge wilt geloven van die toverij”, zei mijn vader, “dat bestaat niet jong.” Maar die heeft er toverij meegemaakt, die man. Hij kwam eens naar ons toegelopen, ’s nachts. Wij uit bed, de broek aangetrokken en ernaar toe. En hij zegt: “Ga eens mee, de koeien vechten voor dood in de mis.” En wij gingen kijken, maar wij zagen niets. Ze zijn dan bij de paters geweest naar Gent (Augustijnen) en ’t was plots gedaan.
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
Op een boerderij in Sint-Maria-Latem hoorde men iedere avond geroep en getier. De boer beweerde dat zijn koeien loeiden en zich lostrokken, maar de mensen die op de boerderij de wacht hielden, konden niets horen of zien. De boer kon ook geen boter karnen. Hij schreef al zijn problemen toe aan een toveres. Op een nacht kwam de boer bij iemand hulp vragen omdat zijn koeien aan het vechten waren in de weide. De andere mensen konden dat echter niet zien. Nadat de boer naar de paters van Gent was geweest, maakte hij zulke vreemde zaken niet meer mee.
Bron
L. D'haeze, Leuven, 1975
Commentaar
2.1 Heksen
oost-vlaams (zuiden)
92F
memoraat
Naam Overig in Tekst
paters van Gent   
Gent (paters van)   
Naam Locatie in Tekst
Sint-Maria-Latem   
Plaats van Handelen
Sint-Maria-Latem   
Gent