Hoofdtekst
Tante Marie maakte bloemen en ze ging met haar bloemen naar Welden. De pastoor komt haar tegen. „Marie, ge zijt op de baan?" zegt hij. „Ja, meneer pastoor", zegt zij, „ik ga met mijn bloemen weg". Ze doet haar ponder open. Hij kijkt en zegt dat het schone zijn.Marie komt ginder toe, ze doet haar ponder open en ze heeft geen enkele bloem in de ponder. „Wat is dat nu?" zegt ze, „en ik heb ze onderweg aan onze pastoor getoond". Zij komt weer en hij zat er nog. „Ge zijt zo gauw terug", zegt hij. Ze doet haar ponder open en de bloemen liggen er weer.
Onderwerp
SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   
Beschrijving
Een vrouw die bloemen naar Welden bracht, kwam onderweg de pastoor tegen. De vrouw opende haar rieten mand om de bloemen te tonen, waarop de pastoor zei: “Ja, het zijn mooie bloemen”. Toen de vrouw bij haar aankomst in Welden haar mand opendeed, had ze geen enkele bloem meer. Op haar weg naar huis kwam de vrouw de pastoor opnieuw tegen. Ze opende haar mand en had alle bloemen weer bij zich.
Bron
L. D'haeze, Leuven, 1975
Commentaar
2.2 Tovenaars
oost-vlaams (zuiden)
56A
Tante van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Ename   
Plaats van Handelen
Welden