Hoofdtekst
Paltsen schreef zich die schelm... Die had ergens 'ne brandbrief gelegd. Daar was hier een paadje zoveel als een ridderspaadje, en daar moesten ze een som neerlegggen. Toen had hij daar ene naar toe gesjurgd met een kroekar, en daar een kist op. Maar daar was gene booiem in. Dan voelde die waar dat geld zat, en dan was hij er mee weg. Dat zal wel waar gebeurd zijn. Bij de familie Op 't Eind, daar waren vier gebroers die voor niemand bang waren. En die hadden die nagespeurd. Ze hadden ontdekt dat ze zich ophielden in de palmenhof. En die hebben die verraden. Cannen Thies was er daar ene van.
Onderwerp
SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.   
Beschrijving
Een zekere P. had in dienst van de bokkenrijders een brandbrief neergelegd op een klein paadje. De mensen moesten op die plaats dan een som geld neerleggen. Vervolgens werd het geld opgehaald door een man die zich verborg in een bodemloze kist op een kruiwagen. De vier dappere broers van de familie O. ontdekten enige tijd later dat de bokkenrijders zich ophielden in het Palmenhof. Thies C. was één van hen.
Bron
R. Celis, Leuven, 1954
Commentaar
4. Historische sagen
limburgs (bree en omstreken)
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Thies C.   
Palmenhof   
Naam Locatie in Tekst
Opoeteren